Rechtspraak
Uitspraakdatum
21-05-2010
ECLI
ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0653
Zaaknummer
5582
Inhoudsindicatie
Verwijt inadequate belangenbehartiging als gevolg van onvoldoende specialisatie. Ongegrond.
Uitspraak
21 mei 2010
No. 5582
Hof van Discipline
Beslissing
naar aanleiding van het hoger beroep van
klagers,
tegen:
verweerder.
1. Het geding in eerste aanleg
Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s Hertogenbosch (verder: de raad) van 31 augustus 2009, onder nummer R.31 2009, aan partijen toegezonden op 1 september 2009, waarbij een klacht van klagers tegen verweerder ongegrond is verklaard.
2. Het geding in hoger beroep
2.1 De memorie waarbij klagers van deze beslissing in hoger beroep zijn gekomen, is op 28 september 2009 ter griffie van het hof ontvangen.
2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:
- de stukken van de eerste aanleg;
- de antwoordmemorie van verweerder;
- een brief van klagers aan het hof van 5 november 2009;
- een brief van klagers aan het hof van 14 november 2009.
2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 19 maart 2010, waar klagers zijn verschenen.
3. De klacht
De klacht houdt het volgende in:
1. verweerder heeft onjuiste inschatting gemaakt van de door klagers aan hem voorgelegde zaak;
2 verweerder had de zaak van klagers niet mogen aannemen, nu hij niet beschikte over de daarvoor benodigde specialistische kennis.
4. De feiten
De raad heeft vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.
5. De beoordeling
5.1 Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.
5.2 De grieven van klagers tegen de beslissing van de raad worden verworpen. De beslissing van de raad dient te worden bekrachtigd.
6. De beslissing
Het hof:
bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch van 31 augustus 2009, onder nummer R.31 2009.
Aldus gewezen door mr. G.J. Driessen-Poortvliet, voorzitter, mrs. A.D.R.M. Boumans, C.A.M.J. Raymakers, L. Ritzema, G.W.S. de Groot, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Verkijk, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 21 mei 2010.