Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

13-12-2010

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA1248

Zaaknummer

R 105 - 2010

Inhoudsindicatie

 

Inhoudsindicatie

Aan een advocaat komt een grote mate van vrijheid toe met betrekking tot de wijze

Inhoudsindicatie

waarop hij een hem opgedragen zaak behandelt. Indien tussen een advocaat en een cliënt een verschil van mening bestaat over de wijze waarop de zaak moet worden behandeld en het geschil niet in onderling overleg kan worden opgelost, dient de advocaat zich terug te trekken.

Inhoudsindicatie

verzet ongegrond

Uitspraak

 

R 105 - 2010

 

 

 

Raad van Discipline

in het ressort ’s Hertogenbosch

 

 

Beslissing

 

inzake

 

het verzet tegen een voorzittersbeslissing

 

betreffende een klacht van  

 

verder : klager

 

tegen

 

verder : verweerder

_____________________________________________________________________

 

1. Verloop van de procedure

 

1.1       Bij brief van 15 juli 2010, ter griffie ingekomen op 16 juli 2010, heeft klager verzet aangetekend tegen de beslissing van de voorzitter van de raad dd. 2 juli 2010, verzonden dd. 5 juli 2010.

 

1.2       De raad heeft voorts kennis genomen van de brief van klager dd. 29 september 2010, met bijlagen.

 

1.3       Het verzet is behandeld ter openbare zitting van de raad van 18 oktober 2010.

Ter zitting zijn klager en verweerder verschenen.

 

2. De feiten

 

2.1       De raad gaat uit van de feiten en van de omschrijving van de klacht zoals in de beslissing van de voorzitter omschreven, nu het verzet daartegen niet is gericht.  

 

3. De klacht

1.         Verweerder weigert door klager aangegeven producties in het geding te brengen.

2.         Verweerder weigert een door klager geredigeerde conclusie van repliek bij de rechtbank in te dienen.

 

4. Beslissing van de voorzitter

 

Bij beslissing dd. 2 juli 2010 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen.

 

5. Het verzet

1.         De klacht houdt in dat verweerder weigert zijn verplichtingen jegens klager na te

            komen en dat hij door zijn uitstel vertragingsschade veroorzaakt.

2.         Verweerder kannibaliseert de belangen van klager met verzonnen uitgangspunten.

 

6. Beoordeling van het verzet

 

Het onderzoek in verzet heeft niet geleid tot de vaststelling van andere feiten dan wel tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de voorzitter, waarmee de raad zich verenigt.

Het verzet zal mitsdien als ongegrond worden afgewezen.

 

7. Beslissing

 

De raad wijst het verzet als ongegrond af.

 

Aldus gegeven door mr. W.E.A. Gimbrère-Straetmans, voorzitter, en mrs. R.F.L.M. van Dooren, H.C.M. Schaeken, E.P.C.M. Teeuwen en J.F.E. Kikken, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 13 december 2010.

 

 

Griffier                                                            voorzitter

 

 

 

Verzonden op:14 december 2010

 

 

Ingevolge het bepaalde in artikel 46h lid 4 Advocatenwet kan tegen deze beslissing geen hoger beroep worden ingesteld.