Rechtspraak
Uitspraakdatum
02-08-2010
ECLI
ECLI:NL:TAHVD:2010:YA1161
Zaaknummer
5693
Inhoudsindicatie
Klachten over inadequate dienstverlening ongegrond.
Uitspraak
2 augustus 2010
No. 5693
Hof van Discipline
Beslissing
naar aanleiding van het hoger beroep van
klager,
tegen:
verweerster.
1. Het geding in eerste aanleg
Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam (verder: de raad) van 11 januari 2010, onder nummer 09-179A, aan partijen toegezonden op 11 januari 2010, waarbij een klacht van klager tegen verweerster ongegrond is verklaard.
2. Het geding in hoger beroep
2.1 De memorie waarbij klager van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 18 januari 2010 ter griffie van het hof ontvangen.
2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:
- de stukken van de eerste aanleg;
- de antwoordmemorie van verweerster.
2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 28 mei 2010, waar klager en verweerster zijn verschenen.
3. De klacht
De klacht houdt zakelijk weergegeven in dat verweerster:
a. zonder vooroverleg met of instemming van klager de zaak van de rol heeft willen halen, waardoor de belangen van klager zijn geschaad;
b. de reactie van de zijde van de I. niet met klager heeft besproken, dan wel aan hem heeft voorgelegd;
c. ten onrechte heeft gesteld dat er geen relevant belang meer is om de zaak langer aan te houden;
d. ten onrechte heeft gesteld dat klager inmiddels volledig en op correcte wijze schadeloos is gesteld door de I.;
e. door haar handelwijze het recht op hoor en wederhoor met voeten heeft getreden.
4. De feiten
In overweging 3. heeft de raad vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.
5. De beoordeling
5.1 Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.
5.2 De grieven van klager tegen de beslissing van de raad worden verworpen. De beslissing van de raad dient te worden bekrachtigd.
6. De beslissing
Het hof:
bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van
11 januari 2010, onder nummer 09-179A.
Aldus gewezen door mr. G.J. Driessen-Poortvliet, voorzitter, mrs. W.H.B. den Hartog Jager, J.S.W. Holtrop, G. Creutzberg en J.H. Homveld leden, in tegenwoordigheid van mr. G.E. Muller , griffier, en in het openbaar uitgesproken op 2 augustus 2010.