Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

13-04-2010

ECLI

ECLI:NL:TADRAMS:2010:YA0624

Zaaknummer

09-177Alk

Inhoudsindicatie

Klager verwijt verweerster (advocaat wederpartij) onjuiste en onnodig grievende uitlatingen. De raad oordeelt dat de met de klacht verweten handelwijze niet is komen vast te staan en verklaart de klacht ongegrond.

Inhoudsindicatie

 

Uitspraak

 

                      

                                                 RAAD VAN DISCIPLINE

                                                   in het ressort Amsterdam

BESLISSING d.d. 13 april 2010

in de zaak 09-177ALK

De raad heeft het volgende overwogen en beslist naar aanleiding van de klacht van:

k l a  g  e r

tegen

mw. mr.

v e r w e e r s t e r

1. Verloop van de procedure

1.1 Bij brief van 16 november 2009, door de raad ontvangen op 20 november 2009, heeft de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Alkmaar de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2 De klacht is behandeld ter zitting van 2 februari 2010. Ter zitting zijn verschenen de voormalig (waarnemend) deken in het arrondissement Alkmaar,  klager en verweerster. Van de zitting van 2 februari 2010 is proces-verbaal opgemaakt.

1.3 De raad heeft kennis genomen van:

- de in paragraaf 1.1 genoemde brief van de deken aan de raad, en

- de stukken genummerd onder 1 t/m 10  in de bij deze brief gevoegde inventarislijst.

2 De klacht

De klacht houdt zakelijk weergegeven in dat verweerster in strijd met artikel 46 Advocatenwet heeft gehandeld door:

(a) als advocaat van de wederpartij van klager laakbaar op te treden onder meer omdat     haar optreden en advies de situatie tussen partijen heeft verslechterd;

(b) de belangen en het welzijn van de minderjarige zoon van klager in deze zaak onvoldoende te laten meewegen, en

(c) feitelijke onwaarheden te vertellen tegenover de rechtbank en een poging te doen de rechtbank te misleiden en zich daarbij onnodig grievend ten opzichte van verweerder uit te laten.

3. De feiten

Verweerster is de advocaat van de ex-echtgenote van klager. De procedure tussen partijen loopt nog. In het kader van de echtscheiding hebben verschillende ontmoetingen plaatsgehad tussen klager en verweerster, waaronder een zitting bij de rechtbank te Alkmaar.

4. Beoordeling van de klacht

4.1 Naar het oordeel van de raad lenen de klachtonderdelen zich voor een gezamenlijke behandeling. Nu de klacht is gericht tegen de advocaat van klagers wederpartij heeft te gelden de door het hof van discipline – de hoogste instantie in het advocatentuchtrecht – gehanteerde maatstaf dat de advocaat van de wederpartij grote mate van vrijheid toekomt de belangen van zijn cliënt te behartigen op een wijze die hem goed dunkt. Die vrijheid is niet onbeperkt; deze kan onder meer ingeperkt worden indien de advocaat (1) zich onnodig grievend uitlaat over de wederpartij, (2) feiten poneert waarvan hij weet of redelijkerwijs kan weten dat deze in strijd zijn met de waarheid, of indien (3) de advocaat (anderszins) bij de behartiging van de belangen van zijn cliënt de belangen van de wederpartij onnodig of onevenredig schaadt zonder dat daarmee een redelijk doel wordt gediend.

4.2 De raad overweegt dat klager verweerster feitelijk verwijt dat zij de belangen van haar cliënte uitdraagt. Vooropgesteld dient te worden dat als uitgangspunt moet gelden dat bij de behandeling van een zaak het belang van een cliënt voorop staat. Daarbij moet voorts in het oog worden gehouden dat de advocaat de belangen van zijn cliënt dient te behartigen aan de hand van het feitenmateriaal dat zijn cliënt hem verschaft en dat hij in het algemeen mag afgaan op de juistheid van het feitenmateriaal en slechts in uitzonderingsgevallen is gehouden de juistheid ervan te verifiëren. 

4.2 De stellingen van klager dat verweerster door haar optreden de situatie tussen partijen heeft verslechterd en dat verweerster de belangen van het minderjarige kind van partijen  onvoldoende heeft laten meewegen, zijn onvoldoende door klager onderbouwd. Dat zelfde geldt voor de stelling dat verweerster feitelijke onjuistheden heeft verteld op de rechtbank en geprobeerd heeft de rechter te misleiden. Ook uit hetgeen door partijen is gesteld ter zitting, kan de raad niet vaststellen dat verweerster de hierboven genoemde normen van het tuchtrecht heeft overtreden. De klacht is in al haar onderdelen ongegrond.

 

BESLISSING:

De raad van discipline verklaart de klacht in haar onderdelen ongegrond.

Aldus gewezen en uitgesproken ter openbare zitting van 13 april 2010 door mr. Th.J.M. Gijsberts, voorzitter, mrs. H. Dulack, H.C.M.J. Karskens, J.M. van de Laar, H.B. de Regt, leden en mr. D.J.L. Siegers als griffier.

 

voorzitter      griffier

Deze beslissing is op 13 april 2010 per aangetekende brief verzonden aan:

- klager

- verweerster

- de deken in het arrondissement Alkmaar

- de deken van de Nederlandse orde van advocaten.

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het hof van discipline worden ingesteld door:

- klager

- verweerster

- de deken in het arrondissement Alkmaar

- de deken van de Nederlandse orde van advocaten.

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het hof van discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

De appelmemorie kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het hof van discipline:

a.  Per post

Het postadres van de griffie van het hof van discipline is: Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek.

b.      Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Bezorging kan uitsluitend plaatsvinden op de gebruikelijke werkdagen tijdens de gebruikelijke kantooruren.

c.      Per fax

Het faxnummer van het hof van discipline is 076 -548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dienen de originele stukken per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof in het vereiste aantal.

d. Telefonische informatie

076-548 4607