Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

15-03-2010

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA0695

Zaaknummer

B 209-2009

Inhoudsindicatie

 

Inhoudsindicatie

Het verbinden van het waardeoordeel stalking aan de ontvangst van een grote

Inhoudsindicatie

hoeveelheid correspondentie en sms–berichten niet onnodig grievend.

Inhoudsindicatie

 

Inhoudsindicatie

Verzet ongegrond

Uitspraak

 

 B 209 - 2009

 

Raad van Discipline

in het ressort ’s Hertogenbosch

 

 

Beslissing

 

inzake het verzet tegen de voorzittersbeslissing betreffende de klacht van  

 

klaagster

 

tegen

 

verweerster

 

 

1. Verloop van de procedure

 

1.1       Bij brief van 21 oktober 2009 heeft klaagster verzet aangetekend tegen de beslissing van de voorzitter van de raad dd. 14 oktober 2009.

 

1.2       De raad heeft voorts kennis genomen van de navolgende stukken:

-           brief dd.   8 februari 2010 van de gemachtigde van klaagster

-           brief dd. 22 februari 2010 van de gemachtigde van klaagster

 

1.3       Het verzet is behandeld ter openbare zitting van de raad van 15 maart 2010.

Verschenen is: verweerster.

Klaagster noch de gemachtigde van klaagster zijn, hoewel behoorlijk opgeroepen, verschenen.

 

2. De feiten

 

De raad gaat uit van de feiten zoals in de beslissing van de voorzitter omschreven, nu het verzet daartegen niet is gericht.  

 

3. De klacht

 

De raad gaat uit van de omschrijving van de inhoud van de klacht zoals in de beslissing van de voorzitter omschreven, nu het verzet daartegen niet is gericht.

 

 

4. Beslissing van de voorzitter

 

De voorzitter heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen.

 

5. Het verzet

 

In haar verzet voert klaagster samengevat aan, dat zij het niet eens is met de beslissing van de voorzitter.

 

6. Beoordeling van het verzet

 

Het onderzoek in verzet heeft niet geleid tot de vaststelling van andere feiten dan wel tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de voorzitter, waarmee de raad zich verenigt

 

 

7. Beslissing

 

De raad wijst het verzet als ongegrond af.

 

Aldus gegeven door mr. J.P.M. van der Ham, voorzitter, en mrs. E.J.P.J.M. Kneepkens, P.J.W.M. Theunissen, A.L.W.G. Houtakkers en E.P.C.M. Teeuwen, leden, in tegenwoordigheid van

mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 17 mei 2010

 

 

 

 

Griffier                                                                                      Voorzitter

 

 

 

Verzonden op:

 

 18 mei 2010.

Ingevolge het bepaalde in artikel 46h lid 4 Advocatenwet kan tegen deze beslissing geen hoger beroep worden ingesteld.