Rechtspraak
Uitspraakdatum
31-08-2009
ECLI
ECLI:NL:TAHVD:2009:YA0297
Zaaknummer
5398
Inhoudsindicatie
verwijt aan advocaat van de wederaprtij zodanig gehandeld te hebben dat klager onnodig op kosten is gejaagd. ongegrond.
Uitspraak
31 augustus 2009
No. 5398
Hof van Discipline
Beslissing
Naar aanleiding van het hoger beroep van
klager,
tegen:
verweerster.
1. Het geding in eerste aanleg
Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam (verder: de raad) van 6 januari 2009, onder nummer 08-118H, aan partijen toegezonden op 6 januari 2009, waarbij een klacht van klager tegen verweerster ongegrond is verklaard.
2. Het geding in hoger beroep
2.1 De memorie waarbij klager van deze beslissing in hoger beroep is gekomen is op 5 februari 2009 ter griffie van het hof ontvangen.
2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:
- de stukken van de eerste aanleg;
- de antwoordmemorie van verweerster;
- de e-mails van klager aan het hof van 4 mei 2009.
2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 18 mei 2009, waar klager en verweerster zijn verschenen.
3. De klacht
De klacht houdt zakelijk weergegeven in dat verweerster in strijd heeft gehandeld met artikel 46 Advocatenwet doordat verweerster als advocaat van de wederpartij van klager in een alimentatieprocedure zodanig heeft opgetreden dat daarmee de belangen van klager zijn geschaad. In het bijzonder heeft verweerster
a. het contact met klager afgehouden door klager niet eerst schriftelijk te benaderen en stukken te sturen,
b. de rechtbank onjuist voorgelicht met betrekking tot de aan klager verzonden brieven, en
c. door de wijze waarop zij de zaak heeft behandeld, klager onnodig op kosten gejaagd.
4. De feiten
In overweging 3. heeft de raad vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.
5. De beoordeling
5.1 Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.
5.2 De grieven van klager tegen de beslissing van de raad worden verworpen. De beslissing van de raad dient te worden bekrachtigd.
6. De beslissing
Het hof:
bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 6 januari 2009.