Rechtspraak
Klacht tegen advocaat wederpartij. Bekrachtiging beslissing raad. Het hof is van oordeel dat de door klager verzonden e-mail aan zijn ex-partner met daarin een aangekondigde wijziging van de inschrijving van de minderjarige dochter, voor verweerster en haar cliënte een gegronde reden opleverde om een verzoekschrift in te dienen. Verweerster heeft, ondanks dat zij het verzoekschrift namens haar cliënte heeft ingediend, de deur naar een minnelijke regeling met de advocaat van klager open willen houden, teneinde partijen alsnog in de gelegenheid te stellen om tot onderlinge overeenstemming te komen. In dat kader zijn diverse e-mails gewisseld en telefoongespreken gevoerd tussen verweerster en de advocaat van klager. Verder weegt het hof mee dat het aanhangig maken van de verzoekschriftprocedure kennelijk functioneel is geweest voor het nader tot elkaar brengen van partijen en het bewerkstelligen van een minnelijke regeling. Deze is echter niet tot stand is gekomen, zodat de rechtbank hierover een beslissing heeft moeten nemen. Onder deze omstandigheden is naar het oordeel van het hof geen sprake van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen van verweerster. Verweerster heeft door haar handelwijze de belangen van klager bovendien niet onevenredig geschaad zonder redelijk doel. Klacht ongegrond.