Rechtspraak
Klacht(onderdeel a) over de eigen advocaat alsnog ongegrond. Voor de beoordeling of een bepaalde verweten gedraging tuchtrechtelijk verwijtbaar is, moeten eerst de daaraan ten grondslag gelegde feiten worden vastgesteld. Het hof kan gelet op de tegenstelde verklaringen van klager en verweerder niet vaststellen wat er op 13 november 2020 is besproken en of de belastende Whatsappberichten op dat moment zijn doorgenomen en/of vragen naar aanleiding van deze berichten zijn geoefend. Aan het woord van klager en dat van verweerder wordt evenveel geloof gehecht. Voor nadere bewijsvoering ziet het hof geen aanleiding. Verweerder had wel een strategie en heeft ook overeenkomstig de wens van klager voor vrijspraak gepleit. Dat klager achteraf niet tevreden was over deze strategie en hij deze achteraf niet bruikbaar vond omdat volgens hem de zitting desastreus was verlopen, leidt er niet toe dat verweerder daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Niet gebleken is dat verweerder de zaak evident onjuist heeft aangepakt en de belangen van klager heeft verwaarloosd.