Rechtspraak
Voorzittersbeslissing. Klagers verwijten verweerster dat zij in 2015 excessief heeft gedeclareerd en dat zij, eveneens in 2015, heeft verzuimd om conform gedragsregel 17 klagers op de hoogte te stellen van het feit dat de kosten aanzienlijk hoger zouden uitvallen dan aanvankelijk ingeschat. De gemachtigde van klagers heeft zich op 15 juli 2022, derhalve ruimschoots na het verstrijken van de in artikel 46 g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet bedoelde termijn, namens klagers met een klacht over verweerster tot de deken gewend. Niet is gebleken dat klagers niet eerder dan op 15 juli 2022 hebben kunnen klagen. Het beroep op de uitzondering van artikel 46g lid 2 Advocatenwet gaat niet op. Niet-ontvankelijk.