Rechtspraak
Klacht tegen eigen advocaat. Verweerder was op grond van artikel 509c Sv als advocaat van klager aangesteld. Nadat klager in de strafrechtelijke procedure was ontslagen van alle rechtsgevolgen heeft verweerder zonder toestemming van klager een verzoek om schadevergoeding ingediend, alsmede is hij op de mondelinge behandeling van dat verzoek verschenen. Klager stelt dat verweerder daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Hierin wordt hij door de raad niet gevolgd. De raad is van oordeel dat verweerder voldoende heeft onderbouwd dat hij daarmee in het belang van klager heeft gehandeld.