Rechtspraak
Artikel 13 beklag. Klager stelt dat sprake is geweest van belangenverstrengeling. Deze beklaggrond wijst het hof af. Het hof kan niet vaststellen dat sprake zou kunnen zijn geweest van belangenverstrengeling bij de beoordeling van klagers aanwijzingsverzoek. In ieder geval hoefde de deken daar niet op bedacht te zijn.
Verder voldoet de door klager verschafte informatie niet aan de vereisten om het verzoek tot aanwijzing van een advocaat op grond van artikel 13 Advocatenwet op deugdelijke wijze te kunnen beoordelen. Ook het hof kan uit de aan de deken verzonden stukken en het beklagschrift onvoldoende herleiden waarvoor klager precies een advocaat nodig heeft. Het ligt op de weg van klager concrete aanknopingspunten aan te dragen voor de juridische procedure(s) waarvoor rechtsbijstand van een advocaat nodig is. Beklag ongegrond.