Rechtspraak
Raadsbeslissing. Klacht van advocaat over advocaat. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door op 24 december 2019 om 12:40 uur rechtstreeks per e-mail de partner van de cliënt van klaagster te benaderen, een e-mail die niet in cc naar klaagster is gestuurd. Gedragsregel 25 lid 2 formuleert de uitzondering op de hoofdregel dat correspondentie tussen advocaten moet plaatsvinden opzettelijk beperkt: alleen mededelingen met aanzegging van een rechtsgevolg en mogen rechtstreeks aan de wederpartij worden gezonden en dan nog uitsluitend indien een kopie van die aanzegging rechtstreeks aan de advocaat van de wederpartij wordt gestuurd. Door het versturen van zijn e-mail naar de partner van de cliënt van klaagster heeft verweerder dan ook op een onfatsoenlijke wijze druk proberen uit te oefenen op de wederpartij van zijn cliënten. Dat is ten opzichte van die wederpartij klachtwaardig, maar ook absoluut niet welwillend en dus eveneens klachtwaardig ten opzichte van klaagster. Klacht gegrond. Voorwaardelijke schorsing van drie weken.