Naar boven ↑

Rechtspraak

Dekenbezwaar. De raad is van oordeel dat door een aantal privégedragingen van verweerder  het vertrouwen in de advocatuur wordt geschaad en deze gedragingen voor een advocaat in het licht van zijn beroepsuitoefening absoluut ongeoorloofd moet worden geacht.  Met betrekking tot de oplegging van een maatregel heeft de raad rekening gehouden met de ernst van de feiten en met een aantal persoonlijke omstandigheden. De raad legt een voorwaardelijk schorsing op voor de duur van twaalf weken en stelt als bijzondere voorwaarde dat verweerder zich niet schuldig maakt aan soortgelijke privégedragingen als in de onderhavige klachtzaak.