Naar boven ↑

Rechtspraak

Behandeld in Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates - 2021-8

Klacht tegen advocaat wederpartij over overleggen medische gegevens van klaagster in een familiezaak. De raad heeft de handelwijze van verweerster gelegd naast de meetlat van de uitspraak van het Hof van Discipline van 21 augustus 2020 (ECLI:NL:TAHVD: 2020:142). In die uitspraak is overwogen dat het overleggen van medische gegevens in een procedure gerechtvaardigd kan zijn voor zover in de gegeven omstandigheden een reëel belang bij adequate rechtsbijstand daartoe noopt. Daarbij dient dat belang te worden afgewogen tegen het belang van de betrokkene niet nodeloos te worden geschaad door het overleggen van diens medische gegevens. Bij de beantwoording van de vraag of die noodzaak of relevantie bestaat heeft de advocaat een eigen verantwoordelijkheid en dient hij een eigen afweging te maken, mede rekening houdend met de belangen van klager om niet nodeloos te worden geschaad door overlegging van die medische gegevens. Deze afweging kan achteraf door de tuchtrechter worden getoetst. Indien en voor zover het in het geding brengen van medische gegevens noodzakelijk en dus toelaatbaar is, behoeft daarvoor geen voorafgaand overleg te worden gevoerd met de wederpartij of de deken en is evenmin toestemming noodzakelijk van degene wiens medische gegevens het betreft. De raad is van oordeel dat verweerster met het overleggen van de medische gegevens en in het verlengde daarvan met het in het processtuk opnemen van stellingen over de medische situatie van klaagster binnen haar eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheid is gebleven en een afweging heeft gemaakt op de wijze zoals door het hof is aangegeven. Voorts mocht verweerster in beginsel afgaan op de mededeling van haar cliënt over de wijze waarop hij stukken had verkregen (aanwezig in de echtelijke woning).