Rechtspraak
Klacht tegen eigen advocaat. Verweerder zou onduidelijkheid hebben laten bestaan over de hoedanigheid van de bij klaagsters zaak betrokken letselschadejurist en er geen zorg voor hebben gedragen dat de opdracht tussen klaagster en verweerder door deze letselschadejurist werd uitgevoerd en dat er met klaagster werd gecommuniceerd. Het hof overweegt dat verweerder een opdracht van klaagster heeft aanvaard en deze onder zijn verantwoordelijkheid heeft laten uitvoeren door een letselschadejurist. Verweerder heeft er echter niet op toegezien dat deze letselschadejurist aan klaagster heeft medegedeeld dat hij het dossier sloot omdat hij geen grond zag voor aansprakelijkstelling, noch heeft hij dit klaagster zelf medegedeeld. Het hof is van oordeel dat dit verweerder in ernstige mate valt aan te rekenen, zeker gezien de belangen van klaagster. Verweerder heeft laakbaar gehandeld en bij de behandeling van de zaak van klaagster de kernwaarde van deskundigheid geschonden. Het hof ziet dan ook geen aanleiding voor verlichting van de maatregel. Daarbij heeft het hof er rekening mee gehouden dat verweerder geen tuchtrechtelijk verleden heeft. Of klaagster nadeel ondervindt/heeft ondervonden van verweerders handelen is irrelevant; het gaat er immers om dat het gedrag van verweerder laakbaar is. Bekrachtiging beslissing van de raad. Berisping. Proceskostenveroordeling. Het hof verwijst tevens naar zijn uitspraak van dezelfde datum met zaaknummer 190189.