Naar boven ↑

Rechtspraak

Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij. Niet is gebleken dat de kantoorgenote van verweerster, mr. B, voor klaagster is opgetreden als advocaat. Het feit dat mr. B het gemeenschappelijk verzoek tot echtscheiding bij de rechtbank heeft ingediend kan niet (onverkort) tot de conclusie leiden dat mr. B (ook) voor klaagster is opgetreden. Hoewel het beter was geweest als verweerster van haar e-mail van 19 april 2019 aan de rechtbank direct een afschrift aan de advocaat van klaagster had gestuurd, acht de voorzitter het feit dat verweerster dit kennelijk pas een week later heeft gedaan van onvoldoende gewicht om tuchtrechtelijk verwijtbaar te zijn. Klacht grotendeels kennelijk ongegrond, voor het overige kennelijk van onvoldoende gewicht.