Naar boven ↑

Rechtspraak

Raadsbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Klager verwijt verweerder dat hij heeft geweigerd het (volledige) dossier aan hem dan wel aan zijn (nieuwe) advocaat te verstrekken. De raad overweegt dat uit het dossier en het verhandelde ter zitting niet duidelijk is geworden op welk moment welke stukken door verweerder aan (de advocaat van) klager zijn verstrekt. Het enige wat kan worden vastgesteld, is dat verweerder het verstrekken van het dossier op een voortvarender wijze had kunnen doen. Deze vaststelling is echter onvoldoende om te concluderen dat verweerder hiermee tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Ongegrond.

De klacht is voor het overige niet-ontvankelijk omdat het is ingediend na verloop van drie jaren na de dag waarop de klager heeft kennisgenomen of redelijkerwijs kennis heeft kunnen nemen van het handelen of nalaten van verweerder waarop de klacht betrekking heeft.