Rechtspraak
De voorzitter is van oordeel dat in het geschil tussen klagers en een bouwbedrijf over de oplevering van de woning en vermeende financiële toezeggingen aan klagers de door verweerder gekozen bewoordingen in de bedoelde processtukken en correspondentie wel scherp zijn geweest, maar niet als tuchtrechtelijk verwijtbaar kunnen worden aangemerkt. Verweerder heeft zijn uitlatingen in de processtukken en ook in correspondentie over mogelijke vervalsing door klagers van de voor zijn cliënt essentiële stukken niet lichtvaardig want na gedegen onderzoek gedaan. Na terugtrekking van hun advocaat mocht verweerder rechtstreeks met klagers communiceren. Uit niets is de voorzitter verder gebleken dat verweerder persoonsgegevens van klagers voor oneigenlijke doeleinden in strijd met de AVG heeft gebruikt, verwerkt of verspreid. In de gegeven omstandigheden hoefde verweerder de aansprakelijkheidsstelling door klagers niet door te sturen naar zijn verzekeraar. Alle klachten kennelijk ongegrond.