Rechtspraak
Dekenbezwaar. Schending schorsingsvoorwaarden. Vast staat dat tijdens de schorsing van verweerder een dagvaarding onder zijn naam is uitgebracht door zijn waarnemer en dat dit een advocatenhandeling is. Het was de verantwoordelijkheid van verweerder zijn kantoororganisatie zodanig in te richten en de medewerkers goed te instrueren dat de voorwaarden van zijn schorsing niet zouden worden geschonden. Dat door de waarnemer de schorsingsvoorwaarde is geschonden, moet aan verweerder worden toegerekend. Daarbij zijn geen alarmbellen afgegaan bij de kantoorgenoot, die de betekende dagvaarding in ontvangst heeft genomen. Verder mocht van verweerder verwacht worden dat hij na de afloop van zijn schorsing extra oplettend was toen hij kennis nam van de op zijn naam uitgebrachte dagvaarding. De deken is hiervan enkel bij toeval, door een klacht van de wederpartij, op de hoogte gekomen. Beroep faalt. Schorsing voor de duur van 6 weken.