Rechtspraak
Beklag art. 13 Advocatenwet (aanwijzing advocaat). Klager heeft verzocht om aanwijzing van een advocaat voor het instellen van hoger beroep tegen een beschikking van de rechtbank tot wijziging kinderalimentatie. De deken heeft dit verzoek afgewezen omdat de gemachtigde van klager zich onvoldoende heeft ingespannen om een advocaat te vinden. Ook heeft zij geen gebruik gemaakt van het meermaals herhaalde aanbod om zich te wenden tot het bureau van de Orde van Advocaten Gelderland, dat namen en adressen had kunnen geven van advocaten die klager mogelijk hadden kunnen bijstaan. Het hof stelt vast dat de termijn voor het instellen van hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank, na verleend uitstel, is verstreken op 6 maart 2019. Dit betekent dat geen sprake meer is van een procedure waarvoor bijstand van een advocaat benodigd is in de zin van artikel 13 lid 1 Advocatenwet. Klager heeft geen belang meer bij zijn beklag en dient daarin dan ook niet-ontvankelijk te worden verklaard. Overigens heeft het hof in het dossier geen aanknopingspunten gevonden om de beslissing van de deken voor onjuist te houden. Verzoek is niet-ontvankelijk.