Rechtspraak
Klacht gegrond. Verweerder is, als advocaat van de wederpartij, zijn bevoegdheden te buiten gegaan door zich schuldig te maken aan huisvredebreuk of medeplichtigheid daaraan. Daarbij zijn spullen ontvreemdt. Verweerder heeft in het geheel geen besef van het kwalijke van zijn handelen. Dat is zorgwekkend en heeft tot gevolg dat de raad ondanks het feit dat verweerder een schoon tuchtrechtelijk verleden heeft, toch de maatregel van schorsing passend en geboden acht. Gelet op het gebrek aan inzicht ziet de raad aanleiding een gedeelte daarvan voorwaardelijk op te leggen bij wijze van ‘stok achter de deur’. Schorsing voor de duur van vier weken waarvan twee weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren ingaande op de dag dat deze beslissing onherroepelijk wordt.