Naar boven ↑

Rechtspraak

Behandeld in Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates - 2019-13

De raad heeft het eerst ter zitting gedane preliminaire verweer om de heimelijk door klager met verweerder opgenomen gesprekken, waarvan transcripties in het klachtdossier waren gevoegd en de originele opnames beschikbaar waren, ontoelaatbaar te verklaren en de zaak terug te verwijzen naar de deken voor hernieuwd onderzoek en behandeling door een andere raad, gemotiveerd afgewezen. Verweerder heeft daarna, met zijn gemachtigde, de zittingszaal verlaten, waarna de raad, zoals aan verweerder was meegedeeld, alsnog de klachtzaak in aanwezigheid van klager en zijn gemachtigde inhoudelijk heeft behandeld. De raad heeft de transcripties van de geluidsopnames in de gegeven omstandigheden toelaatbaar geoordeeld. Verweerder heeft in strijd met gedragsregel 24 (oud) jegens klager onvoldoende de financiële zorg in acht genomen, waardoor bij klager verwarring is ontstaan, zoals ook blijkt uit de transcripties van de geluidsopnames. Verweerder mocht, gelet op de grote financiële gevolgen voor klager om als betalende cliënt te worden aangemerkt, niet uitgaan van ‘zwijgen is instemmen’, temeer omdat hij wist van eerdere betalingsonmacht van klager. De raad oordeelt de klacht in zoverre gegrond; voor het overige ongegrond. Berisping.