Naar boven ↑

Rechtspraak

Advocaat in loondienst, (art. 14 EVRM)

Ook de door klager veronderstelde strijdigheid van de beslissing van de raad met de Adv.w. en art. 14 EVRM wordt verworpen aangezien deze veronderstelling berust op een verkeerde lezing van de beslissing. De raad heeft niet anders of meer in de betrokken overweging weergegeven dan dat ten tijde van de vaststelling van de gedragsregels de figuur van de advocaat in loondienst bij zijn cliënt, nog niet bestond. Voor zover klager in de beslissing leest dat de raad een onderscheid maakt tussen advocaten in loondienst bij hun werkgever en de overige advocaten met betrekking tot de toepasselijkheid van gedragsregels, is dit onjuist. De gedragsregels zijn gelijkelijk van toepassing op alle advocaten.