Naar boven ↑

Rechtspraak

Vereffenaar ontvankelijk

De raad heeft de klacht (…) niet-ontvankelijk verklaard. De raad heeft overwogen dat deze vennootschappen zijn ontbonden en dat klager geen machtiging heeft overgelegd en voorts dat klager er niet in is geslaagd om aannemelijk te maken dat het indienen van de ingediende klacht dienstig is tot verwezenlijking van het doel van de vennootschappen. Daartegen richt zich één van de grieven van klager. Klager stelt dat de raad heeft miskend dat hij vereffenaar van de betreffende vennootschappen is. (…) Verweerder heeft (…) een uittreksel uit de KvK toegezonden (…) waaruit deze inschrijving niet blijkt, maar dat uittreksel acht het hof onvoldoende voor de conclusie dat klager thans geen vereffenaar meer is van de besloten vennootschappen en dat, (…), deze vennootschappen niet meer bestaan. Het hof betrekt daar tevens bij dat tussen de vennootschap waarvan verweerder bestuurder is en de betreffende vennootschappen nog een procedure in hoger beroep loopt over de betaling van de declaraties van de vennootschap van verweerder. Dat gegeven laat zich niet goed rijmen met het standpunt dat verweerder ten aanzien van de klacht inneemt. Het hof zal de beslissing van de raad vernietigen (…). Het hof acht klager ontvankelijk, ook in zijn genoemde hoedanigheden. Een rechtspersoon blijft bestaan tijdens de vereffening of liquidatie totdat de vereffenaars klaar zijn. Onvoldoende aannemelijk is geworden dat de vereffening al zou zijn voltooid.