Naar boven ↑

Rechtspraak

 

Klaagster verwijt verweerder dat hij in een procedure die is aangevangen bij dagvaarding van september 2011 bewust onjuiste stellingen heeft ingenomen. Bij brief van 3 juni 2015 heeft klaagster verweerder uitdrukkelijk aansprakelijk gesteld voor alle schade die klaagster zou hebben geleden als gevolg van het in die brief beschreven handelen van verweerder. De raad is van oordeel dat de termijn van 1 jaar bedoeld in artikel 46g lid 2 Advocatenwet op dat moment is aangevangen. Nu de klacht ruim na het verstrijken van die termijn is ingediend, is klaagster niet-ontvankelijk.