Naar boven ↑

Rechtspraak

Deken staat stafjurist bij in klachtprocedure

Hoewel het hof begrip kan opbrengen voor de wens van verweerder om als werkgever zijn werkneemster steun te bieden in de met betrekking tot haar werk als stafjurist aangespannen tuchtrechtelijke procedure, acht het hof dat een minder juiste handelwijze. De tegen mr. X ingediende klacht is onder zijn verantwoordelijkheid als toezichthoudend, onafhankelijk deken onderzocht. Het daarop volgend optreden als belangenbehartiger van de betrokken advocaat, kan de schijn van belangenverstrengeling wekken en daarmee het aanzien van de advocatuur schaden. Het hof neemt echter ook in aanmerking dat klager, alvorens de onderhavige klacht in te dienen, verweerder niet de gelegenheid heeft gegeven om, na kennisname van de bezwaren van klager, zijn positie te heroverwegen. Nu klager bovendien kort daarna de klacht tegen mr X. heeft ingetrokken, komt aan de verweten handelwijze (de enkele mededeling zich namens mr. X in de procedure te willen stellen) in dit geval onvoldoende gewicht toe om daaraan tuchtrechtelijke consequenties te verbinden.