Naar boven ↑

Rechtspraak

Hoedanigheid opdrachtgever

De raad heeft terecht voorop gesteld dat als een advocaat in de uitoefening van zijn praktijk een overeenkomst aangaat, hij er geen misverstand over mag laten bestaan namens wie hij die overeenkomst aangaat. Verweerder heeft in zijn beroepschrift gesteld dat hij erkent dat hij een onduidelijkheid in het leven heeft geroepen namens wie de opdracht werd gegeven, maar dat hij er geen onduidelijkheid over heeft laten bestaan bij welk kantoor hij werkte. Het hof overweegt dat klagers op 11 mei 2011 een opdrachtbevestiging hebben gestuurd naar “X. Advocaten, naam verweerder”. Deze opdrachtbevestiging is door verweerder ondertekend “voor akkoord: X. Advocaten, naam verweerder”. Met de raad is het hof van oordeel dat hierdoor bij klagers de indruk kon ontstaan dat verweerder de opdracht gaf namens X. Advocaten, terwijl verweerder de opdracht feitelijk in persoon wenste te verstrekken.