Rechtspraak
Wederpartij als bankroet kwalificeren
Verweerster heeft zich in de gewraakte passage uit haar brief d.d. 14 mei 2014 bediend van een woordkeuze die deels feitelijke grondslag mist. “Bankroet zijn” betekent immers failliet zijn, “een bankje leggen” zoals men in de 17eeeuw zei naar het Italiaanse “banca rotta”, dat letterlijk wil zeggen “gebroken bankje”. Verweerster heeft ter zitting van het hof verklaard enkel betalingsmoeilijkheden te hebben willen benoemen. Dit doet aan de onzorgvuldigheid van de woordkeuze niet af, en ook overigens dragen de gekozen woorden niet bij aan een oplossing voor het gerezen geschil betreffende de te benoemen deskundige. (…) Mede in het licht van het verloop van de onderliggende procedure en het achterliggende geschil is de gewraakte uitlating daarom niet geheel onbegrijpelijk. Gelet op de uitleg die verweerster ter zitting aan haar woordkeuze heeft gegeven kan de uitlating ook niet als onnodig grievend worden aangemerkt.