Naar boven ↑

Rechtspraak

Beroepsfout

Het hof oordeelt dat bij de vraag of verweerder ten aanzien van klaagster een beroepsfout heeft gemaakt, niet doorslaggevend is of het beroep op art. 1:88 BW slaagt, maar dat verweerder dit aspect niet heeft meegenomen in de geldleningsovereenkomst en hij zodoende klaagster het risico heeft laten lopen dat er een beroep op art. 1:88 BW zou worden gedaan. Dat risico heeft zich ook verwezenlijkt en uit de verschillende standpunten die daarover in verschillende procedures worden ingenomen, is het beroep bovendien kennelijk niet kansloos. Dat klaagster hierdoor geen schade lijdt is evenmin doorslaggevend, maar het is bovendien onjuist, omdat klaagster reeds schade heeft geleden doordat over art. 1:88 BW een discussie is ontstaan met alle proceskosten van dien, terwijl voorts niet vast staat dat de in juli 2011 door X toegezegde hypotheken ook zijn gevestigd, noch dat klaagster daaruit volledig schadeloos zal worden gesteld.