Naar boven ↑

Rechtspraak

Medische contra-expertise zonder voorafgaande toestemming

(…) vraag of verweerster mocht meewerken aan het inschakelen van twee medici voor een contra-expertise zonder voorafgaande toestemming van klaagster, althans zonder haar daarvan, vooraf, in kennis te stellen. Voor het standpunt van klaagster dat deze vraag ontkennend moet worden beantwoord beroept zij zich (in punt 8 van het beroepschrift) op de uitspraak van dit hof van 30 november 2009 (kennelijk bedoelt zij de zaak onder nummer 5414, ECLI:NL:TAHVD:2009:YA0430). In die zaak was de verhouding tot de Wet bescherming persoonsgegevens aan de orde, in het bijzonder artikel 16 van die wet. Wat er ook moge zijn van die uitspraak van dit hof, voor het onderhavige geval geldt dat – op grond van artikel 23 aanhef en onder c van die wet – een verbod om persoonsgegevens te verwerken niet geldt ‘voor zover dit noodzakelijk is voor de vaststelling, de uitoefening of de verdediging van een recht in rechte’. Daarvan, in het bijzonder de noodzaak, is hier sprake. De rapportage van dr. A valt immers in beginsel alleen te weerleggen aan de hand van een contra-expertise door medici. Het hof wijst erop dat het inbrengen van de contra-expertise in de deelgeschilprocedure uiteindelijk ook vruchtbaar is gebleken. Onder deze omstandigheid is het al dan niet verlenen van toestemming door klaagster niet relevant. Ook zonder haar toestemming moet de cliënte van verweerster tegenbewijs kunnen leveren ‘door alle middelen rechtens’. Het betoog faalt derhalve. (…) Onder deze omstandigheden kan niet worden geoordeeld dat verweerster tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld door klaagster niet vooraf in kennis te stellen van de op handen zijnde contra-expertise of haar vooraf te wijzen op het blokkeringsrecht (…). Het beroep op de privacybescherming faalt. Klaagster heeft het ziekenhuis aansprakelijk gehouden voor de door haar gestelde schade. Dit feit legitimeert het ziekenhuis om verweer te voeren, in beginsel ook op een wijze waarbij de privacy van klaagster in geding kan komen. Het ziekenhuis en zijn advocaat hebben grote vrijheid in de wijze waarop zij dat verweer menen te moeten voeren en klaagster kan hen daarin in beginsel niet beknotten. Voor het voeren van verweer mogen derden worden ingeschakeld; de privacy van klaagster staat daar niet aan in de weg. Het laten opstellen van een contra-expertise door derden waar hier sprake van is, is niet een ongerechtvaardigde handelwijze geweest en is in het onderhavige geval ook niet nodeloos geweest. Verweerster heeft de belangen van klaagster niet op ongeoorloofde wijze geschaad.