Rechtspraak
Klager, zelf strafrechtadvocaat dient klacht in tegen andere strafrechtadvocaat, i.v.m. overname perikelen. Tussen verweerder en klagers cliënt is gesproken over overname van de zaak. Uiteindelijk gaat de overname niet door maar verweerder heeft toch contact opgenomen met de griffie van het hof en heeft zich daar voorgedaan als opvolgend raadsman. Voorts stelt de raad vast dat verweerder getracht heeft of in ieder geval de indruk heeft gewekt getracht te hebben de overname van de zaak te bewerkstelligen door een geldbedrag van in totaal € 4.000,-- contant aan klagers cliënt ter beschikking te stellen en klagers cliënt een horloge te geven. Daarmee heeft verweerder in strijd met de Vafi/Voda gehandeld en tevens in strijd met de geest van regel 2 lid 2 van de Gedragsregels. Ook het verweer van verweerder dat het zou gaan om een geldlening gaat niet op. Het is immers ongewenst dat een advocaat geld leent aan (toekomstige) cliënten omdat dit de onafhankelijkheid van de advocaat aantast. Verweerder krijgt een voorwaardelijke schorsing van een maand.