Naar boven ↑

Rechtspraak

Beslissing op verzet. Naar het oordeel van de raad heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden deels kennelijk ongegrond en deels van onvoldoende gewicht bevonden. Ten aanzien van het klachtonderdeel waarin klager verweerder verwijt dat hij de eis in de schadestaatprocedure verkeerd heeft geformuleerd, als gevolg waarvan de rechter de kostenveroordeling niet uitvoerbaar bij voorraad heeft verklaard, overweegt de raad als volgt. Uit de stukken en het verhandelde ter zitting is gebleken dat verweerder geen schade heeft geleden, nu verweerder zijn fout heeft ingezien, het gedeclareerde bedrag niet heeft geïnd en met het arrest van het Hof van 9 juni 2015 een en ander is recht gezet. Op grond van de polisvoorwaarden zou het geld bovendien ook niet aan klager maar aan zijn rechtsbijstandsverzekeraar ten goede zijn gekomen. Verzet ongegrond.