Rechtspraak
Verzet ongegrond. Het enkele feit dat verweerster in het verleden samen met de huidige deken lid is geweest van de raad van toezicht behoefde haar niet te belemmeren om met diens kantoor afspraken te maken over overname van pakketten dossiers en medewerkers van het failliete kantoor van klager. Dat zij niet op dezelfde condities met klager heeft willen contracteren als met andere kantoren, is door verweerster afdoende verklaard. Vanuit het economische belang van de boedel beschouwd wa s voorstelbaar dat verweerster besloot om de toevoegingsgelden aan de boedel te laten overmaken, zulks ter stroomlijning van de door haar voorgenomen afrekening die (ook in de beleving van klager) nog diende plaats te vinden ter zake van het werk dat klager tot aan het faillissement in de door hem meegenomen zaken had verricht.