Rechtspraak
Beslissing op verzet. De raad onderschrijft de beoordeling van de voorzitter en maakt die tot de zijne. Anders dan klagers naar voren hebben gebracht is er geen plaats voor een belangenafweging ter zake van de artikel 46g lid 1 Advocatenwet opgenomen termijn van drie jaar. Bij overschrijding van de drie jaar termijn dient niet-ontvankelijk verklaring te volgen. Voorts is naar het oordeel van de raad geen sprake van nieuwe feiten. Gelet op het feit dat klager sub 1 verweerder reeds in mei 2011 aansprakelijk heeft gesteld voor geleden schade en de klacht eerst op 7 mei 2015 bij de deken is ingediend, is de termijn van drie jaar ruim overschreden. Verzet ongegrond.