Naar boven ↑

Rechtspraak

Niet gebleken dat verweerster ten tijde van de beslaglegging op de hoogte was van het bestaan van een schikkingsovereenkomst tussen klagers en de curator in het faillissement van de ex-echtgenote van klager aangaande de eigendom van de beslagen inboedelgoederen en paarden.

Gelet op de discussie over de identificeerbaarheid en derhalve de eigendom van de goederen, zoals ook uit het vonnis in kort geding blijkt, valt het verweerster onder deze omstandigheden tuchtrechtelijk niet te verwijten dat zij niet onmiddellijk tot opheffing van de gelegde beslagen is overgegaan en een rechterlijk oordeel over de rechtmatigheid van het beslag heeft afgewacht. 

Klacht ongegrond.