Naar boven ↑

Rechtspraak

Klaagsters hebben een groot aantal klachten tegen verweerder aangevoerd. Zij betichten verweerder onder meer van excessief declareren, het maken van een beroepsfout, geen informatie willen verstrekken over zijn aansprakelijkheidsverzekering en het niet tijdig voor de zitting toezenden van de definitieve pleitnota. Deze klachten zijn bij gebrek aan deugdelijke feitelijke onderbouwing dan wel zijnde niet in strijd met het tuchtrecht, ongegrond. De klacht dat het bestuur van de stichting derdengelden van verweerder niet overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:22 lid 5 VodA is samengesteld, is wel gegrond evenals de klacht over het niet beschikken over kantoorklachtenregeling overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.28 lid 2 en 3 VodA. Verweerder heeft gehandeld in strijd met de strekking van laatstgenoemde bepalingen namelijk dat de kantoorklachtenregeling op schrift moet worden gesteld en daarnaar in de schriftelijke opdracht moet worden verwezen. Ook de klacht over het uitsluiten van aansprakelijkheid in verband met het eigen risico in deĀ  Algemene Voorwaarden van verweerder is gegrond. De klacht over het feit dat in door verweerder gebruikte domeinnaam het meervoud “advocaten” wordt gebruikt is niet-ontvankelijk omdat gesteld noch gebleken is dat klaagsters door dit gebruik op het verkeerde been zijn gezet of kunnen zijn gezet omtrent de omvang van het kantoor van verweerder. Het was van meet af aan voor klaagsters duidelijk dat op het kantoor van verweerder niet meerdere advocaten werkzaam zijn. Verweerder krijgt een waarschuwing.