Rechtspraak
Verweerder heeft gehandeld in strijd met de kernwaarden van de advocatuur, door zijn toezichthoudende en controlerende taak als bestuurder van een Stichting Derdengelden niet naar behoren te vervullen en door onder de gegeven omstandigheden zonder nader onderzoek naar het mogelijke bestaan van vorderingen op de stichting, tot opheffing daarvan over te gaan. Door opheffing van de stichting heeft verweerder zijn toezichthoudende taak als bestuurder van de stichting ten behoeve van klager voortijdig beëindigd en klager de mogelijkheid van verhaal van zijn eventuele vordering op de stichting ontnomen. Klacht gegrond. Geheel voorwaardelijke schorsing van 4 weken. Tevens kostenveroordeling.