Rechtspraak
De raad oordeelt klager - juridisch medewerker, destijds werkzaam op het kantoor van verweerder - ten aanzien van verschillende klachtonderdelen niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van een eigen rechtstreeks belang daarbij, dan wel omdat die klachten het algemeen belang betreffen. Getuigenverhoor over vermeende chantage en bedreiging van klager.. De raad is gebleken dat de uitlatingen van verweerder jegens klager tijdens de kantoorvergadering op 5 september 2016 zijn gedaan in de beslotenheid van kantoor wat in elk geval heeft geresulteerd in emoties aan de zijde van klager, omdat zijn baan in gevaar dreigde te komen. Op grond van de getuigenverklaring, de processtukken en het verhandelde ter zitting en mede gelet op het gemotiveerde verweer van verweerder kan de raad echter niet vaststellen dat klager door verweerder daadwerkelijk is gechanteerd zoals door hem wordt gesteld. Gevoel van bedreiging alleen onvoldoende om bedreiging van klager vast te stellen. Niet uit getuigenverhoor gebleken. Overige klachtonderdelen ongegrond.