Rechtspraak
Niet behandelen wrakingsverzoek is doorbrekingsgrond
Klager voert met juistheid aan dat in de beslissing waarvan verzet niet is ingegaan op de grief die klager in zijn beroepschrift had aangevoerd, te weten dat de beslissing van de raad van (…) is gewezen zonder voorafgaande beslissing op het verzoek van klager tot wraking van de voltallige raad, welk verzoek klager – volgens de grief – heeft gedaan in zijn bij de raad ingediende verzetschrift tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van (…).
In deze grief ligt besloten dat de raad het fundamentele rechtsbeginsel heeft veronachtzaamd dat ieder recht heeft op behandeling van zijn zaak door een onpartijdige rechter. De wrakingsprocedure is immers het aan partijen ten dienste gestelde middel om dat fundamentele recht te effectueren, en zolang in een geëntameerde wrakingsprocedure niet is beslist staat rechtens niet vast dat de gewraakte rechters onpartijdig zijn. Gelet op deze strekking van de grief is het hoger beroep ontvankelijk, niettegenstaande het bepaalde in art. 46h lid 4 van de Adv.w. Het verzet is gegrond.