Rechtspraak
Onkunde, maar zelfinzicht
Met de raad is het hof van oordeel dat verweerder ernstig te kort is geschoten in de zorg ten aanzien van klager. (…). Tijdens de mondelinge behandeling bij het hof heeft verweerder aangegeven vooral strafzaken te behandelen en zich nu te realiseren dat hij over voldoende kennis en ervaring moet beschikken om rechtsbijstand in een civiele (beroeps)procedure te verlenen. Uit antecedentenonderzoek is niet gebleken dat verweerder eerder een dergelijke misstap heeft begaan. Het hof ziet, zonder af te doen aan de ernst van de klacht, hierin aanleiding om de beslissing van de raad te vernietigen voor wat betreft de onvoorwaardelijkheid van de schorsing. Het hof zal de schorsing in de uitoefening van de praktijk voor de duur van vier weken geheel voorwaardelijk opleggen en afzien van openbaarmaking.