Rechtspraak
Overschrijding redelijke termijn door klacht dat verweerder zich niet heeft verschoond voor wat betreft zijn deelname in een commissie eerst na vier jaar in te dienen. Klacht in zoverre niet ontvankelijk.
Ten aanzien van de verweten schending van gedragsregel 7 lid 4 oordeelt de raad dat tussen klager en verweerder wel degelijk sprake was van een advocaat-cliƫnt relatie. De uitzondering in sub 3 van gedragsregel 7 lid 5 doet zich hier niet voor. Klager heeft direct nadat hij van het optreden van verweerder tegen hem op de hoogte kwam, daartegen gemotiveerd zijn bezwaren kenbaar gemaakte. Die bezwaren acht de raad redelijk. Schijn van belangenverstrengeling. Klacht in zoverre gegrond. Enkele waarschuwing.