Rechtspraak
Klacht betrekking op een bezoekende advocaat in de zin van artikel 16 b Advocatenwet. Alle onderdelen van de klacht hebben betrekking op het handelen en nalaten van verweerder in zijn hoedanigheid van vereffenaar van een in Nederland gevestigde rechtspersoon.
Naar het oordeel van de voorzitter is de klacht kennelijk ongegrond nu niet kan worden vastgesteld dat verweerder het vertrouwen in de advocatuur schaadt door klaagster geen afschrift van het dossier te verstrekken. Niet kan worden vastgesteld dat klaagster zonder dat dossier geen rekening en verantwoording kan afleggen, omdat moet worden aangenomen dat zij wel over urenlijsten beschikt en zij overigens geen belang heeft bij het betreffende dossier, omdat zij als vereffenaar is ontslagen.