Naar boven ↑

Rechtspraak

Klachten van client tegen advocaat.

Verweerster heeft klaagster bijgestaan naar aanleiding van door de voormalige echtgenoot van klaagster aan klaagster gecedeerde vorderingen op zijn toenmalige werkgever en de fiscus.

Verweerster heeft klaagster op 2 mei bericht dat zij contact heeft gehad met de fiscus en dat de fiscus haar heeft meegedeeld dat de akte van cessie niet bij hun bekend is. Uit nader onderzoek was verweerster gebleken dat de fiscus de akte van cessie al eerder heeft afgewezen en dat tegen deze afwijzing al bezwaar- en beroepsprocedures hebben gelopen, die beiden ook zijn afgewezen. Verweerster heeft dit klaagster op 16 mei 2013 bericht. Verweerster heeft onbetwist gesteld dat klaagster haar hierover niet heeft geïnformeerd, terwijl dit wel op de weg van klaagster lag. Het klachtonderdeel dat verweerster niet voortvarend, althans niet adequaat is opgetreden kan op basis van de stukken derhalve niet worden vastgesteld.

 

Klaagster is van mening dat verweerster haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden en onzorgvuldig heeft gehandeld door aan de deurwaarder niet alleen de akte van cessie, maar ook de arbeidsovereenkomst van haar voormalige echtgenoot en zijn salarisstroken te overhandigen. Verweerster heeft gesteld dat dit nodig was voor een juiste betekening van de akte. Verweerster heeft voorts gesteld dat ook de deurwaarder een geheimhoudingsplicht heeft. De voorzitter is van oordeel dat klaagster ten aanzien van dit klachtonderdeel niet rechtstreeks in haar belang is getroffen.

 

Klacht deels kennelijk ongegrond en deels kennelijk niet-ontvankelijk.