Naar boven ↑

Rechtspraak

Klager beklaagt zich erover dat verweerder als advocaat van klager de belangen van klager onvoldoende heeft behartigd door niet adequaat het (ontbrekende) dossier te vergaren, en verweerder voorts onvoldoende bereid was om te procederen tegen de wederpartij, een onderwijsinstelling. Op grond van gedragsregel 8 had van verweerder verwacht mogen worden dat hij zijn opdracht schriftelijk had vastgelegd, dat hij had aangeven wat hij van zijn cliënt verwachtte ten aanzien van het aanleveren van gegevens en dat hij had aangegeven wat hij in de zaak zou gaan doen. Nu verweerder dit heeft nagelaten heeft hij niet gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt. De klacht is gegrond. Tijdens een bespreking van 3 november 2011 werd verweerder naar eigen zeggen pas duidelijk wat nu precies de opdracht van klager was. Het was ook de eigen verantwoordelijkheid van klager om over zijn opdracht aan verweerder geen misverstand te laten ontstaan. Een deel van de verwarring heeft klager dus zelf veroorzaakt. Hierin ziet de raad reden om af te zien van het opleggen van een maatregel.