Rechtspraak
Verweerder trad op als advocaat van klagers echtgenote in een echtscheiding. In een bespreking met verweerder heeft klager verzocht een gemeenschappelijk verzoek tot echtscheiding in te dienen. Verweerder heeft hierop schriftelijk de voorwaarden daarvoor aan klager uiteengezet. Deze zijn niet door klager aanvaard.
De raad oordeelt dat tussen klager en verweerder geen opdracht tot stand is gekomen, zodat de klacht dat klagers belangen niet goed zijn behartigd ongegrond wordt verklaard.