Naar boven ↑

Rechtspraak

 

Het betreft een dekenklacht over de hoogte van de declaraties die aan de cliënt, althans de rechtsbijstandsverzekeraar, zijn gestuurd. De declaraties zijn door de Raad van Toezicht begroot waarbij de begrote declaraties teruggebracht zijn tot een bedrag minder dan de helft van het oorspronkelijk gedeclareerde bedrag.

De raad overweegt dat de advocaat bij het vaststellen van zijn declaratie een, alle omstandigheden in aanmerking genomen, redelijk salaris in rekening behoort te brengen. Verweerder heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om beroep in te stellen ex-artikel 33 Wet tarieven in burgerlijke zaken met betrekking tot de beslissing van de Raad van Toezicht. Dat brengt echter niet zonder meer mee dat als vaststaand moet worden aangenomen dat er sprake is geweest van excessief declareren.

De schriftelijke reactie van verweerder leidt echter niet tot het oordeel van de raad dat er geen sprake is van excessief declareren. De raad gaat daarbij specifiek in op een aantal zaken waarvoor verweerder geen genoegzame uitleg heeft gegeven.

De klacht is derhalve gegrond. De raad legt als maatregel op enkele waarschuwing.