Naar boven ↑

Rechtspraak

Met betrekking tot de ontvankelijkheid overweegt de raad dat de klacht ziet op de handelwijze van verweerder in de tweede helft van 2011. Aangezien de klacht ingediend is bij brief van 16 december 2011 is er van overschrijding van een redelijke termijn geen sprake.

Het feit dat de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep dateert van 2009, terwijl de klacht in 2011 is ingediend, is in zoverre niet van belang.

Met betrekking tot de klacht zelf overweegt de raad dat het feit dat verweerder niet gereageerd heeft op herhaalde verzoeken van de gemachtigde van klager, verwijtbaar is. Van verweerder had mogen worden verwacht dat hij zou reageren op deze herhaalde verzoeken en de gemachtigde in ieder geval had kunnen en moeten meedelen dat hij niets meer aan zijn eerdere e-mailbericht toe te voegen had.

Het klachtonderdeel dat ziet op het geen kopie toesturen van het dossier van klager wordt ongegrond bevonden aangezien (de gemachtigde van) klager al over het dossier beschikte en bovendien niet kon worden vastgesteld dat verweerder over meer stukken beschikte dan klager.

Volgt gedeeltelijke gegrondverklaring onder oplegging van de maatregel van enkele waarschuwing.