Naar boven ↑

Rechtspraak

Niet is gebleken dat de advocaat kennelijk onjuist is opgetreden en heeft geadviseerd, als gevolg waarvan de belangen van klaagster zijn geschaad of hadden kunnen worden geschaad. Evenmin is gebleken dat de advocat klaagster niet naar behoren heeft bijgestaan dan wel niet heeft gedaan wat redelijkerwijs van hem als zorgvuldig handelend advocaat mocht worden verwacht.

 

Uit de stukken volgt niet dat klaagster de advocaat er op heeft gewezen dat de Algemene Voorwaarden bij zijn opdrachtbevestiging ontbraken. Klaagster heeft haar klacht niet nader onderbouwd. De juistheid daarvan – mede gelet op de gemotiveerde betwisting van deze stellingen door verweerder – kan dan ook niet worden vastgesteld.

 

Op basis van de stukken kan niet worden vastgesteld dat sprake is van excessief declareren.

 

De advocaat heeft de ontvangen ontbindingsvergoeding onder zich gehouden, omdat nog een groot bedrag aan declaraties van klager openstond. Nu de advocaat het bedrag vervolgens na overleg van partijen bij de deken op de dekenrekening heeft gestort in afwachting van de begrotingsprocedure is van klachtwaardig handelen geen sprake. Van verduistering van gelden is evenmin sprake