Rechtspraak
Klaagster is ontvankelijk in haar klacht ondanks dat 5 ½ jaar na de verweten handelwijze zijn verstreken, omdat de feiten wat betreft de indiening van de klacht niet volledig helder zijn geworden en door verweerder niet is betwist, dat het voortraject ten aanzien van de interne klachtbehandeling van het kantoor van verweerder ongeveer anderhalf jaar heeft geduurd.
Klaagster verwijt verweerder, dat hij niet heeft voorkomen dat (andere) advocaten van het kantoor waar hij werkzaam is tegen haar in een bouwzaak zijn opgetreden, daar waar zij (ook) cliënte van het kantoor was en verweerder zijn invloed niet, althans onvoldoende, heeft aangewend om haar tegenpartij in de bouwzaak tot een minnelijke regeling te bewegen.
In het kader van het tuchtrecht kon niet van verweerder verlangd worden, dat hij een kantoorgenoot van een procedure tegen klaagster zou afhouden als dit voor hem al mogelijk zou zijn geweest. Klaagster beklaagt zich in deze tuchtzaak niet over de kantoorgenoot van verweerder, maar over verweerder en vast staat dat verweerder in de zaak van de vaste relatie geen werkzaamheden heeft verricht. Verweerder behoeft zich alleen voor zijn eigen handelwijze te verantwoorden en deze handelwijze beoordeelt de raad niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.