Naar boven ↑

Rechtspraak

Verweerder heeft in een echtscheidingsprocedure waarin hij de vrouw bijstond een derde aangeschreven met het verzoek informatie te verschaffen betreffende de banden van (het bedrijf van) de man met die derde, welke informatie verweerder kennelijk relevant acht voor de juridische positie van de vrouw. Verweerder verwijst voor dit verzoek naar de Wet Openbaarheid van Bestuur. Een advocaat dient zich te onthouden van het benaderen van een juridisch ongeschoolde derde, niet zijnde een van de partijen in het geschil, met het kennelijke doel die derde met evident onhoudbare juridische argumenten te bewegen tot iets waarop de advocaat namens zijn cliƫnt beslist geen aanspraak kan maken, terwijl die derde, als hij zou zwichten voor die (onhoudbare) argumenten, mogelijk schade zal lijden. Klacht gegrond. Enkele waarschuwing.